Posts

De politiek van het ziek zijn (en beter worden)

Image
Nu ik af en toe op vrije voeten ben (op verlof van longcovid, zeg maar), kom ik definitief in een nieuwe fase van mijn herstel terecht. Daar wilde ik eigenlijk afgelopen zomer al in zitten; ook toen voelde ik me al bijna beter . En hoewel dat gevoel klopte - in die zin dat mijn situatie toen in korte tijd onvergelijkbaar veel beter werd dan in de maanden ervoor, en ik het ergste dus definitief achter me had - deed ik op de lange termijn teveel voor de mate waarin ik toen hersteld was (1,5km zwemmen, 30km fietsen, 3km lopen). De terugval waarin dat resulteerde in oktober diende zich langzaam maar zeker aan, eind september al.  Ik ben nog niet helemaal beter, want normale activiteiten - zoals sporten en naar mijn werk in Amsterdam reizen -  kosten me nog buitensporig veel moeite. Maar als ik er voldoende rust omheen neem, kan ik ze aan. En ik kan mijn belastbaarheid nu veel geleidelijker gaan uitbouwen vanuit een hoger beginpunt dan afgelopen zomer.  Ik ben eigenlijk ook niet ziek meer

Op vrije voeten

Afgelopen donderdag was ik voor het eerst sinds 2022 weer eens op Amsterdam Centraal, om de presentatie van een boek bij te wonen op het Conservatorium, waaraan ik had bijgedragen voor ik ziek werd. (Het is maar goed dat publicatieprocessen in de academie zo lang duren. Gedurende mijn ziekte hebben wel drie artikelen van mij het licht gezien: deze Hs 3 , deze p.110 en nu dus deze Hs 8 .) Hoewel ik de afgelopen maanden af en toe naar kantoor ben geweest en dus op gezette tijden in Amsterdam ben, stap ik dan altijd bij Station Amstel uit omdat daar mijn fiets staat en dan fiets ik naar kantoor op mijn eigen fiets. Maar het Conservatorium ligt zo ongeveer naast CS, dus als ik daar iets te doen heb, ga ik via CS. Ik realiseerde me pas dat het zo lang geleden was dat ik in dit deel van Amsterdam was geweest omdat ze het spoor-emplacement tussen Muiderpoort en CS aan het verbouwen zijn. Een bekende plek die plotseling anders is. Alleen dàn voelt het niet alsof je hier gisteren nog was. In

Kennisvorming (2)

Image
Het was groot nieuws in Nederland, afgelopen week: onderzoekers van het Amsterdam UMC hebben ontdekt dat Post-Exertional Malaise (PEM) , waar zoveel longcovidpatiënten aan lijden, echt bestaat. Het NOS-Journaal opende ermee; het stond in alle landelijke dagbladen; ook de buitenlandse pers dook erop. Een uitstekende samenvatting van het onderzoek staat op de site van de Amerikaanse NPR (National Public Radio). Dank aan iedereen die me het bericht en  wetenschappelijk artikel doorstuurde. Ik heb het wel 20 keer binnen gekregen.  Ik heb me (overigens niet als enige !) nogal verbaasd over al dat tromgeroffel. Ja, het is fijn dat in Nederland nu ook "bewezen" is dat PEM niet "tussen de oren" zit, en dat dat argument in discussies over longcovid dus ook niet meer gebruikt kan worden. De erkenning is nodig, en rijkelijk laat, want PEM bestaat al veel langer dan longcovid. Maar mensen die de vakliteratuur een beetje bijhouden worden niet veel wijzer van dit onderzoek. D

De Trouwe Klokkenluider

Op de valreep van het oude jaar nog even een update (en stiekem ook een lijvige terugblik): ik ga weer heel lekker vooruit. En wat houdt dat dan in? Ik roep al een half jaar dat ik heel lekker vooruit ga. Ben ik dan niet onderhand eens beter?  Van het modderbad van het Feestvarken met de Vijf Speklapjes / mijn 50ste-verjaardagsfeest ben ik in elk geval ontzettend opgeknapt. En zoals mijn vrienden mij helpen herinneren: alle vijftigers hebben na zo'n feest een kater en pijn in hun voeten van al die uren staand biertjes drinken. Daar is niets zorgwekkends aan.  Ik ben van mijn middagslaap af. Die heb ik vervangen door twee powernaps van maximaal 20 minuten. Die vergen een wekker en wat discipline, maar ik slaap er 's nachts veel beter van, en ik ben nu van 16 uur slaap per etmaal in maart terug naar zo'n 9 à 10 uur slaap per etmaal, terwijl 8 uur voor mij normaal was. Die andere 14 uur ben ik op en actief. Toppie! Maar de vloeibaarheid en veranderlijkheid van deze aandoening

Het Feestvarken

Image
Sinds afgelopen zondag, 10 december, heeft de Berggeit met de Twee Kunstheupen er een enorm gezellige reisgenoot bijgekregen. Het was mijn ergotherapeut opgevallen dat de probleempersonages in mijn blog het beste uitgewerkt zijn: de Wattals , de Stresskip , de Hypochonder - allemaal geen bijzonder vrolijke types. De Positivo en de Relaxte Kat zijn er ook, maar daar heb ik het eigenlijk nooit over. Dat is inderdaad opvallend.   Dus nu introduceer ik met blijde trots het Feestvarken (met dank aan Eva voor de suggestie). Het Feestvarken is sinds afgelopen zondag - toen ik groots mijn verjaardag vierde - een belangrijk lid van het Berggeiten-reisgezelschap. En eigenlijk was ze er altijd al. Ze krijgt nu vooral meer ruimte en zelfvertrouwen. En daar gedijen varkentjes goed in. Het Feestvarken heeft intelligente grote ogen met een twinkeling erin. Haar tevreden geknor is verstaanbaar voor eenieder die een beetje Dionysisch spreekt. Ze laat hele harde winden, en ze is virtuoos. In een goe

Beuk

Image
You, Morningtide Star, now are steady-eyed, over the east, I know it as if I saw you; You, Beeches, engrave on the sky your thin twigs, even the least; Had I paper and pencil I'd draw you. From: Thomas Hardy "Lying Awake" (1928) [met dank aan Alec] In een week tijd is de oude beuk op het Molenerf achter mijn huis al zijn bladeren verloren. Half november, zelfs na storm Ciarán, zat hij nog groen in het blad. Nu is hij helemaal kaal. Zijn fijne vertakkingen tekenen zich inderdaad zelf af op het zwerk, als subject en object tegelijk. Ik kan er eindeloos naar blijven kijken. De boom is een blikvanger zodra ik vanaf mijn ziekbed uit het raam kijk. En dat zegt wat, naast de blikvanger die de molen zelf ook is. Hij staat daar machtig in zijn eentje en spreidt zijn takken alle kanten op met een wonderschone net-niet-symmetrie (a crippled symmetry zou Morton Feldman zeggen). Nu de oude beuk is teruggekeerd naar de stand waarin ik hem aantrof, een jaar geleden, word ik herinnerd aa

Omdenken

In mijn vorige blog heb ik jullie overstelpt met metaforen. Longcovidsymptomen als bobbels in een waterbed, de rokken van een ui (of matroesjka-poppetjes : in elk poppetje zit weer een nieuwe: kiekeboe! Gelukkig worden ze steeds kleiner), de pussende koppen van een veelkoppig monster in een bergmeer, en ik wil er hier nog een metafoor aan toevoegen: hindernissen van een parcours.  Daar kom ik op omdat ik vrijdag op de verjaardag van mijn toffe buurvrouw Tessel was en daar met een stokpaardjeswedstrijd (met zo'n ouderwets stokpaardje tussen je benen door de woonkamer draven) in de prijzen viel in de categorie Parcours, enkel en alleen omdat ik meedeed. Want, zo zei Tessel terecht, je bent een kolossale hindernisbaan aan het doorlopen. Het is een enorme prestatie dat je hier staat. Ik had nog niet over mijn ziekte in termen van een parcours of een hindernisbaan nagedacht terwijl het een hele zinnige manier is om het ziekteverloop te conceptualiseren. Dat conceptualiseren noemen ze b