De Wattals (2)

De Wattals houdt zich al een tijdje stil. Of beter gezegd: zijn samenwerking (ik weet nog steeds zeker dat ie een vent is) met de Stresskip en de Hypochonder is opgeschort. In plaats van die twee de hele tijd op te jutten, heeft hij weer eigen klusjes, zoals: "Wat-als ik vandaag ga zwemmen, heb ik dan woensdag genoeg energie om te gaan zingen?" Kijk, met zo'n vraag kan de Berggeit met de Twee Kunstheupen werken. De Stresskip schrikt er niet wakker van en de Hypochonder vindt het niet de moeite om er voor onder zijn steen vandaan te komen. De Wattals is weer functioneel en dat scheelt in zichzelf al een berg energie. 

Het moment dat de Wattals onttroond werd, en van een kalme hoofd-controller in een neurotische oproerkraaier veranderde die op de gekste momenten het piekerloket gijzelde en op zijn kop zette, was in oktober, toen ik - inmiddels twee maanden na de COVID-infectie - maar achteruit bleef gaan, holderdebolder de berg af. Ik deed steeds minder, probeerde me aan te passen aan de plotselinge beperkingen van mijn lichaam, maar de steeds kleinere inspanningen ontlokten toch steeds weer nieuwe Dementors' Kisses die me nog verder leegtrokken. Ik liep steeds-steeds-steeds een paar stappen achter op die Dementors. 

Ik heb toen zeven voornemens geponeerd, die in één van mijn eerste blogs staan genoemd. Of, zoals Emile het zo mooi zei: ik heb ze "als stellingen aan een kerkdeur gespijkerd" om het gehele godganse systeem te hervormen. Ik herhaal ze hier nog eens om te laten zien hoe de onttroning van de Wattals in haar werk ging: 

  • Ik ga leren luisteren naar mijn lichaam. Geen mind-over-matter meer.
  • Ik ga leren loslaten.
  • Ik ga eindelijk eens geduld leren hebben. Er zit niks anders op.
  • Ik ga leren mijn grenzen aan te geven aan anderen, ook als ik daarmee dierbaren teleurstel.
  • Ik ga leren een persoon te zijn die het waard is liefgehad te worden zonder daar iets voor terug te hoeven of kunnen geven (in prestaties voor werk, muziek, sport, organisatie en sociale interactie).
  • Ik ga leren me afhankelijker op te stellen en er genoegen in te scheppen dat andere mensen zaken voor me regelen op hun manier en ik dat niet allemaal zelf bepaal.
  • Ik ga leren doseren (“pacen”): langzaam eten, 2 dagen over dit verslag doen in plaats van 2 uur, niet meer de trap op rennen (kan ik ook nog steeds, maar toch maar treetje voor treetje), genieten van een meesje in een boom met herfstbladeren, en heel veel mediteren tussendoor.
  • In het veelvuldig gebruik van het werkwoord "leren" was al duidelijk dat ik dit allemaal nog niet zo vaak gedaan had. Niet meer mijn omgeving naar mijn hand zetten met plannen, en anticipaties van problemen, en een eindeloze reeks activiteiten, maar stilzitten en afwachten waar die omgeving mee komt. Doodeng.

    Maar mijn lezers waren er van onder de indruk. "Ik weet zeker dat je hier dankzij deze uitgangspunten completer uit gaat komen," zei Emile, "maar laat je door niemand vertellen wat dat 'completer zijn' inhoudt."

    Toch waren die Zeven Stellingen een wanhoopsdaad. Ik had door dat het bestaande systeem aan het instorten was, tot in de basis door dat virus ondermijnd, dus ik móest van koers veranderen. Ergens diep in mijn intuïtieve onderbuik wist ik dat ik ongeveer zou moeten doen wat ik als die Stellingen had neergepend, maar ik had geen idee hoe. Het was een noodgreep. Met onvoorziene gevolgen die wat ik toch al doodeng vond nóg doodenger maakten. 

    Eén van die onvoorziene gevolgen was het Droste-effect van de ontreddering en opstandigheid van de Wattals. De Wattals had namelijk altijd alle gevolgen van mijn handelen kunnen voorzien, geanticipeerd en voorzorgsmaatregelen bedacht voor alle scenario's. Of althans: dat vond ie zelf dan. Hij heeft de kaken van een pitbull. En daar ben ik best trots op. Maar loslaten, ho maar. 

    Dus ik móest hem opzij zetten, offeren (als een geit op de berg van Moriah of Marwah of Moreh, zou ik bijna willen zeggen), want (zoals ik in oktober al doorhad) een Grote Anticipator is niet functioneel als er niets te anticiperen valt, als je geen invloed meer uit kan oefenen op je leefomstandigheden. Dan wordt zo'n Anticipator een stoorzender, een zorgenfabriek. En dus moest ik, naast het omgaan met een lichaam dat plotseling niets meer kon, ook nog eens een keer dealen met de ontreddering en de opstandigheid van de Wattals die dubbel zo groot waren omdat hij zijn eigen onttroning niet geanticipeerd had. 

    Maar hij doet nu weer normaal, en dit blog gaat over de vraag hoe dat komt. Ik zou een uitgebreide tussentijdse evaluatie kunnen schrijven van de mate waarin het me gelukt is de Zeven Stellingen te implementeren in mijn leven. Met mediteren oefen ik nog steeds de vaardigheid om af te wachten en open te staan voor wat zich aandient. Aan geluiden, gedachten en lichamelijke gewaarwordingen. Ik vind het nog steeds moeilijk. Ik ga toch nog vaak actief op zoek, scannend of ik geen geluiden of gedachten of gewaarwordingen mis. Fear Of Missing Out

    Maar een tussentijdse evaluatie is wel weer erg oldskool-Barbara. Laten we zeggen dat ik sommige van de voornemens al best goed beheers (luisteren naar mijn lichaam, grenzen aangeven, voor niets liefgehad worden), maar anderen nog niet echt (geduld, loslaten, doseren, me afhankelijker opstellen, pfffff...)

    Ik denk eerder dat de Wattals zich heeft neergelegd bij zijn wat minder vooraanstaande positie en bovendien weer wat te anticiperen heeft (zie boven). Hij kan weer klusjes doen. Kleine klusjes weliswaar (mijn lichaam kan nog steeds maar een klein deel van wat het kon), maar dat is beter dan niets. Maar ik ken hem goed genoeg om te weten dat ie een greep naar de positie van Grote Anticipator zal doen zodra die vacant komt. En het blijft afwachten of - en zo ja wanneer - dat gebeurt.  

    Comments

    Popular posts from this blog

    De Trouwe Klokkenluider

    De politiek van het ziek zijn (en beter worden)

    Kennisvorming (2)