Combinatiespel

Sinds ik een half jaar geleden begonnen ben met het inzetten van een Joker (mijn succesvolle Joker 1, de citalopram) ben ik het longcovidspel een niveautje hoger gaan spelen. Daar werd ik me onlangs bewust van. 

Dankzij de stabiliteit die de citalopram me biedt, hoef niet meer van dag tot dag te leven, maar kan ik per week bedenken wat ik kan doen. Dat is nogal een puzzel en bij uitstek een klus voor de Wattals. In mijn vorige blog opperde ik dat de Wattals genoegen neemt met een minder vooraanstaande positie dan hoofd-controller en Opper-Anticipator. Maar dat klopt niet helemaal. Zijn werk is - nu er weer wat te anticiperen valt - juist moeilijker geworden, want ik moet scherpere keuzes maken dan vroeger. Zoals: "Wat-als ik vandaag ga zwemmen, heb ik dan woensdag genoeg energie om te gaan zingen?" 

Dat is een hoger niveau van puzzels leggen dan de dag proberen door te komen. Het is een combinatiespel (in tijd, niet in energetische ruimte - meerdere dingen tegelijk doen is nog volstrekt buiten bereik), en dat combineren van activiteiten gaat nog allerminst vlekkeloos. Ik ben heel vaak af. Gelukkig kan ik nu steeds een nieuwe poging wagen zonder eerst een half jaar in bed te liggen stuiptrekken, maar desalniettemin ben ik toch af. 

Qua incidentele piekbelastingen kom ik met behoorlijk veel weg: borrels, feesten, begrafenissen (allen in meervoud), 1500m zwemmen, het hele Veluwepark rondfietsen, concerten meezingen (ook in meervoud). Als ik het compenseer met rust, dan kan dat allemaal. Maar van elke individuele piekbelasting moet ik dagen en dagen bijkomen. 

Maar wat kan ik elke dag opnieuw, een week lang? En de week erop weer? Ik gaf enkele blogs geleden al aan dat dat nog bitter weinig is, al heb ik goede hoop dat daar nog veel te winnen is. Ik kan 1500m achter elkaar zwemmen. In meervoud. Maar als ik dat elke week doe, dan kan ik niet ook elke week naar een hele koorrepetitie, en dan ook nog de schoonmaker over de vloer hebben, en een mail uittypen om mijn vervangers op mijn werk een handleiding te geven. Dan val ik terug. Dat gebeurde vorige week. 

Voordat jullie schrikken: dit soort kleine terugvalletjes heb ik het afgelopen half jaar vrij geregeld gehad, al waren ze vaak ingecalculeerd (die Wattals doet nog best het één en ander achter de rug van Stresskip en Hypochonder om), zoals na mijn weekjes Veluwe in april en augustus met al dat wandelen en fietsen. Zo'n terugvalletje komt niet in de buurt van een Demontors' Kiss. Ik word er niet eens echt meer ziek van. Maar wel heel moe. Ik kom de trap niet meer op en ik sllllleurrrrr mezelf naar de winkel voor een boodschapje. 

Dan ben ik dus af. Gefaald in het combinatiespel: "Ga terug naar Start - U ontvangt geen 200 gulden." 

Om het spel beter te leren spelen heb ik hulp van ergotherapeutische opdrachtjes - met energiepuntjes, dagrantsoenen, weekschema's en kleurcodes. Ik doe daar met mijn hoogopgeleide vrinden altijd een beetje lacherig over ("terug naar de kleuterschool met kleurpotloden"), maar dat is volstrekt onterecht, want het helpt enorm. Ik wil elke hoogopgeleide, autonome, intrinsiek gemotiveerde medemens met longcovid aanraden zich over te geven aan de weekschema's en de kleurcodes. Ze leren mij een lesje nederigheid in zelfkennis. En ik word er beter van. Ik stel me de imaginaire beloningsstickertjes gewoon voor met dansende Berggeiten en een grijnzende Wattalsen in plaats van eenhoorns en prinsesjes.  

"Wat voor cijfer zou je de afgelopen week geven?" vroeg de ergotherapeut toen ik bovenstaand verslag van de week gedaan had. "Op een schaal van 1 tot 10." "Nou, het was een superleuke week" zei ik. "Het beviel me zo goed om weer een beetje mee te doen." En toen het even stil bleef, zei ik: "Maar als je ziet hoe ik nu de trap opkom, dan moet ik toch zeggen ... euhm ... een 4." 

"OK" zei de ergotherapeut. "Wat voor cijfer verwacht je te kunnen plakken op de week die voor je ligt?" "Een 8" zei ik in volle overtuiging. Ik heb immers komende week geen schoonmaker. Ik was al van plan 1000m in plaats van 1500m te zwemmen. Ik heb verder geen sociale bezigheden gepland. En het werk deze week betreft een gezellig videobelgesprek met mijn goede vriendin Birgit in Duitsland over ons tijdschrift

De ergotherapeut keek me vriendelijk aan. "Laten we daar een 4,5 van maken" zei ze. "Een 4,5?!?!?" riep ik in oprechte verontwaardiging. "Ja" zei ze, "en dan kunnen we kijken of dat de week erop een 5 kan worden."

Net als het hebben van een goedgetrainde Wattals is ook dit weer een voorrecht, bedacht ik: een 8 halen. Voor minder deed ik het nooit, en als het moeite kostte, dan kostte het even wat moeite maar dan haalde ik toch gewoon een 8. 

Zo werkt het hier niet. In dit spel ben ik geen gymnasiummeisje dat de helft van de lesstof al van huis heeft meegekregen. Ik ben weer het enige meisje in het F-team van de Doornse voetballertjes dat steeds net te laat bij de bal is, hoezeer ik ook mijn best doe. 

Want de ergotherapeut had het natuurlijk helemaal goed gezien. Ik heb deze week keihard nodig om te herstellen. En de volgende ook. De kortademigheid die enkele dagen weg was, is weer terug (vandaar die moeizaamheid op de trap) en de tremoren ook. In lichte vorm weliswaar, maar ze zijn er weer. 

Toch kan ik niet zeggen dat ik me slecht voel. Ik heb maandag mijn 1000m getrokken in het zwembad. Ik kon woensdagavond een hele repetitie van mijn koor bijwonen. De scores op mijn app zijn OK, niet geweldig, maar zeker ook niet slecht. En ook op "slechte dagen" kan ik een half uur yoga doen (vandaag kostten dezelfde yoga-oefeningen me minder moeite dan gisteren; mijn lichaam behoudt dus zijn herstellend vermogen), en een half uur fietsen, en een blogje typen, en me - en dat is het allerbelangrijkste - ook nog OK voelen. Geen 8 misschien, maar een zesje is ook voldoende. 

Dat ik me niet slecht voel komt misschien ook omdat ik het leuk vind dat ik het spel nu een niveautje hoger kan spelen. Ik mag van het F-team naar het E-team (of zoals Herr Prof. Dr. Müller mij corrigeerde: van de F-6jes naar de F-5jes, want de letter-promotie gaat op leeftijd [daarom, bedacht ik, zitten er in The A-Team alleen maar hele oude vieze mannen]). In elk geval promotie naar een team waar ze meer doen aan combinatiespel. Dat kan ik leren. Oefenen. Oefenen. Oefenen. En af en toe moet ik terug naar Start. Daar is niks mis mee. De Stresskip en de Hypochonder slapen door. De Wattals grijnst. 

Comments

Popular posts from this blog

De Trouwe Klokkenluider

De politiek van het ziek zijn (en beter worden)

Kennisvorming (2)